Pagina's

zondag 17 november 2013

Kleine meditatie: Oeuvres Complètes blz. 406

Gebed aan het einde van de derde methode 
om de Rozenkrans te bidden 
Uit: Oeuvres Complètes pg 406

Wees gegroet, Maria, beminnenswaardige Dochter van de eeuwige Vader, bewonderenswaardige Moeder van God de Zoon, allergetrouwste Bruid van de H. Geest, verheven Tempel der allerheiligste Drie-eenheid. Wees gegroet, o Oppervorstin, aan wie alles onderworpen is in de hemel en op aarde. Wees gegroet, veilige toevlucht der zondaars, o lieve Vrouw van Barmhartigheid, die nog nooit iemand hebt verstoten. Ofschoon ik een zondaar ben, werp ik mij aan uw voeten en smeek U, mij van de goede Jezus, uw Zoon, het berouw en de vergeving van mijn zonden te verwerven, alsmede de goddelijke Wijsheid. Ik wijd mij geheel aan U toe met al wat ik bezit. Ik verkies U heden tot mijn Meesteres en mijn Moeder: behandel mij dus als het minste van uw kinderen en de onderdanigste van uw dienaren. Aanhoor, o Meesteres, aanhoor de zuchten van een hart, dat verlangt U trouw te beminnen en te dienen. Men mag niet kunnen zeggen, dat van al degenen, dit tot U hun toevlucht namen, ik de eerste ben, die verstoten werd. O mijn hoop en mijn leven, o trouwe en vlekkeloze Maagd Maria, verdedig mij, voed mij, verhoor mij, onderricht mij en red mij. Amen. Zo zij het.

Ter overweging:
  • Ik onderstreep de bijvoeglijke naamwoorden die Montfort toekent aan Maria.
  • Maria beluistert mij, zij beschermt mij, zij onderricht mij. Wanneer heb ik dit ervaren in mijn leven?
  • Maria, ik neem mijn schrijfgerief en ik schrijf een brief naar jou…


Geen opmerkingen:

Een reactie posten