In
zijn boekje De Liefde van de Eeuwige
Wijsheid wijdt Montfort een heel hoofdstuk aan het plan van God om de
schepping te redden en om aan de schepping een heel nieuwe wending te geven.
Jezus, de Wijsheid, neemt het besluit: “Nu ga Ik naar de mensen toe”. Dit
vinden we ook terug in het exodusverhaal waar God de vader zegt: “Ik heb het
geklaag van mijn volk gehoord, ik daal af.” Om dat plan uit te voeren kiest hij
onder de mensen Maria uit, om aan dit plan een definitieve wending te geven.
Wat God
beloofd heeft voert Hij uit
Hoe
ziet Montfort nu het handelen van God? God is in de geschiedenis
binnengetreden. Daaraan is een lange tijd van voorbereiding voorafgegaan.
Omstreeks 1800 jaar vóór Christus heeft God zich tot Abraham gericht en 1800
jaar later liet Hij Christus zelf in de wereld komen. Die menswording is in
Gods plan eigenlijk al begonnen met Abraham. Hij zei tegen Abraham: “Trek weg
en ik ga van u een volk maken.” Een belofte.
En
doorheen de hele geschiedenis zien we, dat als God zijn woord geeft, Hij zich
‘kleeft’ aan degenen aan wie hij zijn belofte doet. Abraham is op zwerftocht
gegaan. Hij heeft zijn geloof in die belofte van God doorgegeven aan Isaak en
Jacob. Zij hadden op hun zwerftocht door het leven niets anders in handen dan
die belofte van God. Hun geloof was: wat God belooft voert hij ook uit. Ook al
lijken de omstandigheden dit op het eerste gezicht tegen te spreken. In Egypte
belandde het volk van God immers in de slavernij.
Gods
plan belet blijkbaar niet dat het sinds Abraham met ups en down vooruitgaat.
Toen de nood het hoogst was richtte God zich tot Mozes: “Ik heb het geklaag van
mijn volk gehoord. Ik daal af. Ga naar Farao en ga pleiten voor mijn volk.” Met
Mozes kwam er weer zo’n scharnierpunt in de geschiedenis. Met hem wordt het
‘Verbond’ tot stand gebracht.
Maar
ondanks dit verbond raakt het volk toch weer op de dool. Er wachtte hen een
verblijf van veertig jaar in de woestijn (40 jaar was toen een
mensenleven). Ook nadat ze het ‘Beloofde
Land’ waren binnengetrokken, wisselden momenten van euforie en van tegenslag
elkaar af: na hoogtepunten met de koningen Saul, David en Salomo, waren er ook
dieptepunten.
Een
absoluut dieptepunt was de ballingschap naar Babylonië en de verwoesting van de
tempel van Jeruzalem met de vernietiging van de ark van het verbond. In die
periodes van ontrouw en vertwijfeling stonden er evenwel profeten op die eraan
herinnerden dat God zijn woord steeds gestand houdt. Het is immers ook een
constante in Gods handelen met de mensen dat Hij zijn doel bereikt ondanks
menselijke zwakheid of ernstige hindernissen.
Denkend aan
allen richt God zich tot enkelen
Uit
een groep van armen, van getrouwen, is
uiteindelijk Maria geboren en ook aan Maria zal God een belofte doen: Degene
die uit u zal geboren worden, zal de Messias zijn. In Jezus komt inderdaad het
Nieuwe en Altijddurende Verbond tot stand. Hier breekt Gods plan met de mensen
definitief door.
Montfort
vraagt zich af hoe God nu eigenlijk handelt en wat hij uit zijn gedragslijn kan
afleiden. Hem frappeert dat God zich doorheen zijn hele plan, doorheen de hele
mensengeschiedenis richt tot één enkel mens. Hij richt zich, denkend aan alle
mensen, tot Abraham, tot Mozes, tot Maria. God richt zich daarbij niet in de
eerste plaats tot de meest begaafde mensen. In het plan van God wordt niet
gekeken naar de menselijke kwaliteiten of gebreken. Mozes stond niet bekend als
een goed redenaar, hij stotterde. Maria kwam voort uit de Anawim, de kleinen,
degenen die niet op eigen krachten steunen, die alles verwachten van God.
God stelt
zich ‘afhankelijk’ op
Denkend
aan allen richt God zich dus tot enkelen. Bovendien gaat God niet naar de
mensen met een overvloed aan geschenken, maar hij richt zich tot mensen met
vragen, uitnodigingen, oproepen. God stelt zich afhankelijk op. Hij neemt het
initiatief en vraagt: wilt gij… Dit is het Godsbeeld van Montfort. Hij is een
vragende God. Hij dringt aan.
“Hier ben ik.”
Een
ander aspect in dit hele schema van het handelen van God is dat, hoewel hij een
vragende God is, er eigenlijk maar één antwoord mogelijk is. Het antwoord is
stereotiep: “Hier ben ik.” Zowel Abraham als Mozes zeggen het. Maria zegt: “Zie
de dienstmaagd van de Heer.” Het is de gelovige die positief antwoordt op de
vraag van God. Toen hij in de wereld trad, zei ook Jezus: “Hier ben ik om uw
wil te volbrengen.” Dat is dan ook het kerngebed dat Montfort ingewerkt heeft
in zijn Toewijding, de hernieuwing van de doopbeloften: hier ben ik.
Maria, de
kortste weg tot Jezus
Maria
heeft duidelijk haar plaats in het grote werk van God. In het Kanaverhaal zijn
zowel Jezus als Maria aanwezig. Maria ziet dat het feest dreigt te mislukken en
ze richt zich tot Jezus. Maar hij antwoordt: “Vrouw, wat heb ik en jij daarmee te
maken. Mijn uur is nog niet gekomen.”
Bij Johannes betekent het uur het aanbreken van de invulling van het
verlossingsplan. Maria is degene die aan God de kans geeft om eindelijk dat
plan uit te voeren. Ze treedt binnen in het verlossingswerk, in het handelen
van Jezus.
En
helemaal op het einde van het verhaal staat er: ‘Dat was het begin van Jezus’
tekenen, te Kana in Galilea. Hij openbaarde zijn heerlijkheid en zijn
leerlingen geloofden in Hem.’ Dit wil zeggen: Hij openbaarde wie Hij was in dat
grote plan van God, die eindelijk zijn nieuw en eeuwig verbond tot stand gaat
brengen. Maria was aanwezig in Kana bij het begin van het geloof van de
leerlingen.
En
ook wanneer het uur van Jezus gekomen is, staat ze daar weer. Net op het moment
dat het geloof van de leerlingen ernstig aan het wankelen is, staat Maria samen
met Johannes onder het kruis en krijgt ze van Jezus op Golgotha een nieuwe
zending: “Vrouw, ziedaar uw zoon”, die aan het wankelen is, die steun nodig
heeft, die nog moet groeien in zijn geloof. En tot Johannes zegt Hij: “Ziedaar
uw moeder.” Montfort heeft zich sterk
gebaseerd op de zending die Maria heeft bij de gelovigen.
In
de Handelingen van de Apostelen zien
we hoe Maria heel concreet haar plaats inneemt temidden van de leerlingen die
aarzelden in hun geloof. Maria was erbij toen, tijdens het pinkstergebeuren, de
Kerk is geboren en de leerlingen nieuwe mannen werden, mannen die door God
werden bewoond. Montfort reflecteert hierop en heeft dezelfde situatie in
etappes doorlopen en heeft gezegd: God is in mij komen wonen. Dat is mogelijk
voor ieder van ons. Montfort wijst ons daartoe een gemakkelijke weg en die
gemakkelijke weg loopt via Maria.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten