Pagina's

zondag 29 januari 2012

De waarachtige devotie - WG 105 - 110

Waaraan ken je dan waarachtige mariadevoties terug? 
Let wel, Montfort geeft eigenschappen aan, maar nog niet waarin zij bestaan. 

We lezen in de Ware Godsvrucht: 


105. Na de onechte devoties tot de heilige Maagd
ontmaskerd en veroordeeld te hebben, 

moeten we nu in het kort de echte omschrijven. 
Deze is 1) innerlijk, 2) teder, 3) heilig,
4) standvastig en 5) belangeloos.

106. Ten eerste, de ware devotie tot de heilige Maagd 
is 'innerlijk'. Ze komt voort uit de geest, uit het hart. 

Ze groeit uit de eerbied die men de heilige Maagd betoont,
uit het hoge denkbeeld dat men zich 
over haar wonderdaden gevormd heeft en uit de liefde die men haar toedraagt.

107. Ten tweede, zij is 'teder', vol vertrouwen in de allerheiligste Maagd, 

zoals een kind dat heeft in zijn goede moeder. In grote eenvoud,
met overgave en tederheid neemt zo iemand zijn toevlucht tot haar
bij al zijn stoffelijke en geestelijke noden. 

Altijd en overal, in alle omstandigheden roept hij de bijstand in van zijn goede moeder: 
in zijn twijfels om verlicht te worden; in zijn afdwalingen
om weer op het goede pad gebracht te worden; 
in bekoringen om gesteund te worden; in zwakke momenten om gesterkt te worden; 
na een val om overeind geholpen te worden; in ogenblikken van ontmoediging
om bemoedigd te worden; 
bij gewetensangsten om ervan bevrijd te worden; bij de kruisen, 
zorgen en tegenslagen van het leven om getroost te worden. 
Kortom, bij alles wat hem naar lichaam en ziel kan overkomen,
is Maria steeds zijn toevlucht, 
zonder dat hij bang hoeft te zijn dat hij deze goede moeder daarmee lastig valt
of Jezus Christus mishaagt.

108. Ten derde, de ware devotie tot de heilige Maagd is 'heilig'.
Ze brengt iemand ertoe de zonde te vermijden, 

de deugden van de allerheiligste Maagd na te volgen,
vooral haar diepe nederigheid, levendig geloof, blinde gehoorzaamheid,
voortdurend gebed, algehele versterving, hemelse zuiverheid, vurige liefde,
heldhaftig geduld, engelachtige zachtmoedigheid en hoogverheven wijsheid.
Dat zijn immers de tien voornaamste deugden van de allerheiligste Maagd.

109. Ten vierde, de ware devotie tot de heilige Maagd is ook 'standvastig'.

Ze bevestigt een mens in het goede en bewerkt dat zo iemand zijn oefeningen van godsvrucht 
niet licht achterwege laat. Hij wordt erdoor versterkt in zijn verzet tegen de wereld 
met haar gebruiken en opvattingen, tegen het vlees met zijn problemen en driften, 
tegen de duivel met zijn bekoringen. Een echte vereerder van de heilige Maagd 
is dan ook allerminst wispelturig, droefgeestig, angstvallig of vreesachtig. 
Zeker, ook hij valt en maakt wel eens een verandering mee
in de gevoelige beleving van zijn devotie. 
Maar als hij valt, dan steekt hij zijn hand uit naar zijn goede moeder en staat weer op. 
En wanneer hij smaak noch gevoelige godsvrucht meer gewaar wordt,
maakt hij zich daarover niet ongerust. 
De rechtvaardige en trouwe Mariavereerder leeft immers van het geloof in Jezus en Maria 
en niet van zijn zintuiglijk gevoel.

110. Ten vijfde, de ware devotie tot de heilige Maagd is tenslotte 'belangeloos'.

Onder haar invloed zoekt men niet zichzelf, maar God alleen in Zijn heilige Moeder. 
Een echte Mariavereerder dient deze verheven Koningin niet uit baatzucht of eigenbelang, 
niet voor zijn tijdelijk of eeuwig, zijn lichamelijk of geestelijk welzijn, 
maar uitsluitend omdat zij het waard is dat men haar, en in haar God alleen, dient. 
Hij bemint Maria niet uitgerekend vanwege de gunsten die hij van haar ontvangt of verwacht, 
maar vanwege haar eigen beminnelijkheid. 
Vandaar dat hij haar even trouw bemint en dient in tegenzin 
en dorheid als in gevoelde vertroosting en vurigheid.
Hij heeft haar evenzeer lief op Calvarië als op de bruiloft van Kana. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten