Pagina's

woensdag 2 mei 2012

De voortreffelijkheid van deze toewijding.

Over het eerste motief kan je ook terug lezen in 'De Ware Godsvrucht' nr. 68 tot 77. 
De nummers die wij lezen naar aanleiding van dit commentaar van de maand mei zijn 135 en 137:


135. Eerste motief dat ons de voortreffelijkheid laat zien van deze toewijding van zichzelf aan Jezus Christus door de handen van Maria.

Geen verhevener taak is er op aarde denkbaar dan de dienst van God. Gods geringste dienaar is rijker, machtiger en edeler dan alle koningen en keizers van deze wereld, als die God niet dienen. Wat dan wel te denken van de overvloedige rijkdom, macht en adeldom van een trouw en volmaakt dienaar van God, die totaal, onvoorwaardelijk en naar best vermogen aan Zijn dienst is gewijd? Welnu de trouwe, liefhebbende slaaf van Jezus in Maria is zo iemand; door de handen van diens heilige Moeder heeft hij zich immers geheel en al gegeven aan de dienst van de Koning der koningen, zonder iets voor zichzelf te behouden. Zo iemand is meer waard dan al het goud van de aarde en de pracht van het firmament.

137. Daarenboven, zoals ik reeds eerder opmerkte, bestaat er geen enkele andere praktijk die meer geschikt is om ons te ontdoen van een zeker eigendomsgevoel dat ongemerkt onze beste handelingen binnensluipt. Dit is een grote genade die onze goede Jezus verleent om de heldhaftige en onbaatzuchtige daad te belonen waardoor wij Hem, door de handen van Zijn heilige Moeder, de gehele waarde van onze goede werken hebben afgestaan. Indien het waar is dat Hij reeds hier op aarde het honderdvoudige schenkt aan wie uit liefde tot Hem hun uitwendige, tijdelijke en vergankelijke goederen prijsgeven, wat dan wel te denken van het honderdvoud dat Hij geven zal aan wie Hem zelfs zijn innerlijke en geestelijke goederen opoffert.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten